stukjes enzo

Hup Holland Hup

De straten kleuren dit jaar niet oranje. Je krijgt geen Wuppies bij de supermarkt en op avonden dat Oranje moet spelen is het nergens compleet uitgestorven. Toch hebben we dit jaar een heus EK voetbal. In eigen land notabene. Gisteravond was de eerste wedstrijd van het Nederlandse team, tegen Noorwegen – de tweevoudig Europees kampioen. De Nederlandse voetbaldames wonnen met 1-0. De Oranje Leeuwinnen oogden serieus, sterk en met een missie. De club van Miedema, Martens, Groene, van der Sanden en vele andere eredivisie voetbalsters heeft er zin in. De eerste wedstrijd – met een heerlijk balbezit voor Nederland (met name in de tweede helft) en wat fijne opzetjes maar helaas nog weinig doelpunten – zit er op. Ik heb nagels gebeten toen het spannend werd en tijdens de gemiste kansen heel hard shit geroepen. Ik heb een vreugdedansje gemaakt toen van der Sanden de bal in de zesenzestigste minuut heerlijk binnen kopte na een fenomenale voorzet van Martens. Ik heb het oranje van deze zomer op dezelfde manier toegejuigd, afgeblaft en weer aangemoedigd zoals ik dat altijd bij Oranje doe. Ik vond het fantastisch.

Niet iedereen deelt die gedachte met mij. Vrouwenvoetbal is nog altijd het ondergeschoven kindje. Ja, ook anno 2017. Zelfs na alle positieve aandacht in het nieuws, bij de KNVB en op de sportzenders, wordt het nog regelmatig maar wat graag benadrukt dat mannen weten wat voetbal is en vrouwen toch eigenlijk niet. Wanneer je vrouwenvoetbal kijkt met een groepje mannen, maak dan je borst maar nat. Of beter gezegd borsten, als we ons dan toch al op glad ijs bevinden. Het duurt altijd even, maar die opmerkingen, die komen vroeg of laat. Eerst proberen de manspersonen in de kamer nog semi geïnteresseerd te kijken. Op wat zuchten en afkeurende blikken na houden ze netjes hun mond. Waarschijnlijk alleen omdat ze weten dat ze de vrouwen in diezelfde kamer er een plezier mee doen. Maar al snel, halverwege de eerste helft zo’n beetje, kunnen ze het toch niet laten. Opmerkingen als ‘tja meisje. Aánnemen die bal. Aan-neem-men. Zo gáát dat toch ook niet. God o god, meisjes moeten dat ook gewoon niet hetzelfde wíllen kunnen‘ tot een zuchtend ‘Djiezusss, is er ook iets anders op tv? Korfbal of zo, of schaken – dat is zelfs spannender‘ en een lacherig ‘kunnen vrouwen zich niet veel beter bezig houden met ánder soort ballen?‘ nemen al snel de overhand. De mannen raken op dreef. Het ergste zijn de ronduit seksistische opmerkingen als ‘zou je d’r doen, die ene dáár – die met die lange haren en die goede kont?‘ of ‘die zou ik wel even voor mijn eigen doelpaal willen zetten‘. Het gaat al snel helemaal niet meer over voetbal. Het gaat al snel óf over het feit dat vrouwen toch eigenlijk niet zouden moeten voetballen, óf welke speelster van het veld de lekkerste is en waarom dan wel niet. Het niveau (in de woonkamer, niet op het veld) keldert als de beurs in 2008.

Kijk, er is niets mis met commentaar leveren op voetbalsters. In het mannenvoetbal is het net zo. Scoort van Persie twee keer een heel lekker doelpunt is het een held, schiet hij een keer op de lat, of nog erger: vol óver, dan is-ie opeens scheel. Of te oud. Te nonchalant. Of whatever. De opmerkingen na een gemiste kans – mits de opmerking voetbal gerelateerd is – vind ik prima. Voetbal is sport. Sport is passie. Passie is soms dingen roepen die je niet meent. Het verschil zit hem erin of het commentaar ook sekse gerelateerd is ja of nee. Als dat niet zo is, prima, be my guest. Brand het Nederlands dameselftal maar af. Als je vindt dat ze dat op dat moment verdienen. Als je vindt dat ze slecht spelen. Maar ga geen opmerkingen maken in de trant van ‘vrouwen kunnen beter gaan breien‘ of ‘ze willen er zo graag bijhoren maar eigenlijk is het niks‘, of nog erger: de ‘daar moet een piemel in‘ gerelateerde opmerkingen. Want als je dat soort opmerkingen maakt, dan ben je de mijne. Het niveau van de topklasse vrouwen is hoog. De speelsters zullen menig man gek maken met hun dribbel, hun snelheid en hun kracht. Om nog maar te zwijgen over het feit dat vrouwenvoetbal over het algemeen een stuk sportiever is: minder schwalbes, minder aanstelleritis, minder ‘je moeder is een hoer‘-geroep naar de scheidsrechter, en doorgaans een veel kortere blessuretijd dan bij de heren. Tel daar de mooie acties, een-tweetjes en wat technisch voetenwerk bij op en je zit gewoon heerlijk kwaliteitsvoetbal te kijken.

Tegen alle mannen die een grote mond hebben en vrouwenvoetbal nog steeds zien als een potje ongecontroleerd achter een bal aan rennen wil ik zeggen: ga terug naar je hunebed – ga eronder liggen en kom er de komende 1000 jaar niet onder vandaan. Niemand die je mist.

En toch wil ik ook weer niet te negatief zijn. Want met ruim 2,1 miljoen kijkers naar de openingswedstrijd van gisteren, doen we het niet slecht, vind ik. Leuk om te constateren dat de interesse en publiciteit rondom de Nederlandse topvoetbalsters toeneemt. Graag wil ik hier ook aan toevoegen dat niet elke man een als bovenstaand beschreven lomp projectiel is. Er zijn gelukkig ook veel mannen die, net als ik, het EK van dit jaar volgen en net zo hard juichen als ze doen bij het Nederlands mannenelftal.

Als de supermarkten nu ook nog last minute Wuppies bij de boodschappen gaan doen, Nederland haar best doet de straten te behangen met oranje vlaggetjes en de commentaar leverende mannen hun ongetwijfeld grappig bedoelde oneliners inslikken, is het EK voetbal van de zomer van 2017 toch plots een heel erg leuk sport event. Ik wil de Oranje Leeuwinnen in ieder geval veel succes wensen met de volgende wedstrijden. Hup Holland Hup!

oranje boven

Bovenste foto: Tom Sodoge via Unsplash
Onderste foto: ProShots via Nu.nl Sport
Tekst: Aukje Wouters

 

You Might Also Like